Voor onze PLUSavond, net voor het begin van de grote vakantie, kwamen we niet samen in het PLUShuis, maar aan de poort van de Sint-Ambrosiuskerk te Dilbeek. Iedereen komt wel eens in de kerk en kijkt hier vast al eens rond. Maar niet iedereen weet wat er in de kerk staat, hoe het noemt, wat de betekenis of de functie ervan is. Samen met onze PLUSsers gingen we op ‘kerk-expeditie’ om al die dingen eens samen te bekijken.
We begonnen met de buitenkant van de kerk en zagen dat de kerk, van bovenaf gezien, de vorm van een kruis heeft. Ook viel het ons op dat de toren altijd naar het westen gericht staat en het altaar naar het oosten. Best handig wanneer je GPS het laat afweten en je je wil oriënteren.
Langs een klein zijdeurtje gingen we de kerk binnen en kwamen we uit in de doopkapel. Hier moesten we een trapje naar beneden om in de doopkapel te geraken. Dit trapje staat herinnert ons eraan hoe mensen het water in gingen om gedoopt te worden. Al onze PLUSsers hebben het doopsel hebben ontvangen dus konden we via het hek aan doopkapel de kerk betreden.
Eenmaal in de kerk kwamen we uit onder de klokkentoren van de kerk. Deze staat symbool voor de band tussen de hemel en de aarde. Die band is wel wederkerig! Namelijk van de aarde naar de hemel en van de hemel naar de aarde, van de mensen naar God en van God naar de mensen.
Naast het portaal van de kerk, dat zich onder de klokkentoren bevindt, vonden we een klein deurtje. Achter deze deur begon een wenteltrap naar boven, naar de klokken. Omdat hier niet vaak mensen komen hebben de duiven al iets meer vrijheid in dit gebied. Zo kwamen we, op weg naar boven, onder andere een nestje met duivenjongen tegen.
Op de zolder gekomen van de kerk, bevonden we ons bijna onder de klokken. Eerst betraden we de grote zolder en wandelden we boven de gewelven van het plafon van de kerk. Door de raampjes die daar uitkwamen, hadden we een prachtig zicht over het centrum van Dilbeek.
Nadat de klok half acht had geslagen was het veilig voor onze oren om nog een verdiep te stijgen in de toren, naar de kerkklokken.
We zagen dat de Sint-Ambrosiuskerk 3 klokken heeft. Dit is nodig omdat elke gebeurtenis zijn eigen klokkengeluid heeft. Alle vreugdevolle evenementen werden en worden ermee aangekondigd. Een huwelijk, bijvoorbeeld. Het gaat nog verder: alle soorten gebeurtenissen worden met klokgeluid verkondigd, zelfs een overlijden. Vreugde bij een overlijden? Niet omdat er iemand gestorven is, maar omdat iemand in de oneindige tijdloosheid verrezen is. Het klokkengeluid kondigt ook de tijd aan, ondertussen samen met een wijzerplaat aan de buitenkant van de toren.
Nadat de klokkentoren en de zolder van de kerk voor ons zo goed als geen geheimen meer had gingen we terug naar beneden. Toen we beneden kwamen keken we naar de binnenkant van de kerk.
Wat het meeste opvalt, zijn de 12 pilaren die het dak van de kerk ondersteunen. Elke pilaar staat voor een van de apostelen. Het is namelijk zo dat helemaal bovenaan in de kerk deze op de wand geschilderd staan. Kijk volgende keer dat je in de Sint-Ambrosius kerk bent, maar eens omhoog terwijl je door de midden gang stapt. Op elke pilaar zien we ook een kruis. Ook op sommige muren zien we dat zelfde kruis terugkomen. Dit zijn de plaatsen waar Bisschop de kerk gezegend heeft bij inwijding. Net als met vormsel met Heilig Chrisma. Dit is diep in de muur getrokken en kan er nooit meer uit.
Vervolgens gingen we verder, naar voor in de kerk en kwamen we uit aan het altaar. Onze PLUSsers zagen dat er in het altaar, in elk altaar eigenlijk, een stenen plaat zit. In deze stenen plaat zijn 5 kruisen uitgebeiteld. Die herinneren aan de vijf wonden van Christus. Aan de onderkant van deze stenen plaat is een stukje uitgezaagd voor een relikwie. Mocht deze stenen plaat, met een relikwie er onder, er niet zijn, zou het geen altaar zijn maar gewoon een tafel.
Achter het altaar zien we het tabernakel, waar ook de geconsacreerde hosties in bewaard worden. Aan het licht van de Godslamp, die op het tabernakel staat, weten we dat er geconsacreerde hosties aanwezig zijn.
Na het altaar en het tabernakel te hebben bestudeerd, gingen we naar de sacristie. Dit is de ruimte waar de pastoor en de misdienaars zich klaarmaken voor de mis. Onze PLUSsers maakte kennis met de liturgische kleuren, waarvoor deze staan en de verschillende delen van de kleding van de pastoor en de misdienaars.
In de sacristie vonden we ook de kluis. Elke sacristie heeft een kluis om bijvoorbeeld relikwieën te bewaren. In de Sint-Ambrosiuskerk wordt bijvoorbeeld de arm van Sint-Alena bewaard in de kluis. (Hoewel we denken dat het eerder over een rib of een sleutelbeen gaat.)
Via de sacristie konden we ook naar het orgel gaan kijken. Het enorme instrument dat nu mechanisch zijn lucht krijgt maar vroeger moest dit, met behulp van trappers, op mankracht gebeuren.
Recht tegenover de sacristie is er de ‘weekkapel’, de Maranatha kapel. Deze kapel heeft alles van de grote kerk maar dan in het klein. Hier werd vroeger dagelijks een kleine mis gehouden.
Naast de kapel is er een deur dat uitgeeft op een klein koertje. Vroeger stond er voor die deur een kast. Het is met de komst van Google Earth dat dit koertje opnieuw ontdekt werd.
De meeste kerken hebben wel een koertje of op z’n minst een speciale afvoer voor gezegend water. Water dat gezegend is of water dat gebruikt werd om altaardoeken te wassen mag niet in riolering terechtkomen maar moet in de aarde kunnen trekken. Vandaar dat er op zo’n koertje een ‘speciale’ afvoer is aangelegd.
Omdat het al wat donker begon te worden, gingen de PLUSsers terug de kerk binnen. Er was nog een groot ding, in het midden van de kerk zelf, dat nog niet bestudeerd was. Dat is de preekstoel. Deze is wat hoger zodat de stem beter hoorbaar zou zijn. Nu we een volledig geluidssysteem in de kerk hebben, wordt er eigenlijk geen gebruik meer gemaakt van de preekstoel. Het viel ons ook op dat de preekstoel rijkelijk voorzien is van verschillende afbeeldingen. Meestal een Heilige die gelinkt wordt met preken of evangeliseren.
Na de preekstoel moesten we stilaan afronden. Er zijn nog honderden dingen die we in de kerk konden zien en bestuderen maar een PLUSavond is wat krap om ALLES tot in detail te bestuderen.
We namen de tijd om samen nog even te zingen. Daarna gingen we vol van nieuwe kennis en avontuurlijke ervaringen terug naar huis.
Floris, Volwassen PLUSbegeleider